1.   Samenvatting

Deze pagina biedt een introductie op het bouwverslag. U vindt hier informatie over de aanleiding tot de bouw van een scheepsmodel, literatuur daaromtrent, daarbij gebruikte apparatuur, gereedschappen en modelbouwhout en de motivatie voor het maken van een bouwverslag.

2.   Waarom een bouwverslag?

Het was eind 2015. Sinds twee-en-een-half jaar was ik met pensioen. Inmiddels waren enkele projecten, verbouwingen en dergelijke, die van belang waren achter de rug. Het was niet de vraag wat ik vervolgens zou gaan doen met mijn vrije tijd. Een lang gekoesterde wens kon eindelijk worden vervuld: de bouw van een schaalmodel van De Zeven Provinciën, het schip dat in 1665 in de vaart is gekomen en waarop Michiel Adriaanszoon de Ruyter als admiraal heeft gevaren. Of de bouw gaat lukken en of het zal lukken om het volledig af te bouwen weet ik niet.
Op zich genomen is er genoeg literatuur beschikbaar, maar ik heb nog niet de hand kunnen leggen op een geschikte bouwbeschrijving. Eén die voor mij voldoende gedetailleerd is voor het stap voor stap bouwen van een schaalmodel. Daarom ben ik van plan om mijn bouwervaringen, de daarbij gemaakte keuzes en de overwegingen daaromtrent vast te leggen. Misschien heeft iemand anders daar nog wat aan. Het begon allemaal lang geleden.

3.   Kennismaking met De 7 Provinciën

Ergens in de loop van 1981 werd ik door mijn toenmalige werkgever gedetacheerd bij de firma Fokker op haar hoofdvestiging op Schiphol-Oost.
Het roken van (veel) sigaren had ik vroeg in 1981 opgegeven. Ter compensatie snoepte ik af en toe een candy-bar. Die waren verkrijgbaar in het bedrijfsrestaurant van Fokker. Als de drang om wat te snoepen te groot werd, verdween ik naar het bedrijfsrestaurant om aan de verleiding toe te geven.
Op een gegeven moment – ik denk dat het ergens in 1982 was – stond er in het bedrijfsrestaurant een vitrine met daarin een prachtig scheepsmodel. Het bleek een model van De Zeven Provinciën te zijn.
De 7 Provinciën
Een kaartje vermeldde dat het model was gebouwd door de heer G.C. (Kees) Dik, een Fokker-medewerker. Ik was gefascineerd door de grote mate van detail en de pracht die het model had. Het moest wel met veel liefde, oog voor detail en vakmanschap gebouwd zijn. Het intrigeerde mij zodanig, dat ik tijdens mijn tochten naar de snoepautomaat steeds weer bij het model bleef dralen. Zo’n model bouwen, dat wilde ik ook wel. Maar ja, hoe doe je dat? De conclusie was, dat ik dit het beste aan de bouwer kon vragen.

4.   Kees Dik, modelbouwer

Met behulp van de interne telefoonlijst van Fokker vond ik het telefoonnummer van Kees Dik, belde hem en maakte een afspraak om hem op zijn werkplek te ontmoeten. Het bleek dat Kees Dik bij de vliegdienst van Fokker werkzaam was. Wanneer ik het mij goed herinner als navigator. Natuurlijk werd het een plezierig gesprek. Ik werd gewaarschuwd dat het bouwen van zo’n scheepsmodel niet eenvoudig is en veel tijd en ervaring vergt. Mij werd aangeraden eerst maar eens te beginnen met de bouw van een model van een statenjacht. Ook liet hij weten dat er in het maandblad ‘De Modelbouwer’ een artikelreeks van zijn hand zou verschijnen over de bouw van het schaalmodel van De 7 Provinciën. Hij zei mij, dat als ik iets van de scheepsbouw in de zeventiende eeuw wilde weten te rade moest gaan bij het boek ‘DE NEDERLANDSCHE SCHEEPS-BOUW-KONST Open Gestelt’ van de hand van Cornelis van Yk, dat destijds in facsimile-druk was verschenen.
Ook attendeerde hij mij op een modelbouwwinkel, als ik het mij goed herinner gevestigd in de Bloemstaat in Amsterdam. Naderhand heb ik die winkel wel een paar keer bezocht, gewoon om te kijken en wat rond te neuzen. Ik was verbaasd wat er daar allemaal op het gebied van modelbouw te koop was.

5.   Literatuur

  • De artikelen van Kees Dik over De Zeven Provinciën in de jaargangen 1983 tot 1986 van het maandblad ‘De Modelbouwer’, uitgegeven door de NVM, de Nederlandse Vereniging van Modelbouwers.
  • De Zeven Provinciën (vierde druk, 2007, ISBN 978 90 5194 091 6, Uitgeverij Van Wijnen, Franeker). In dit boek zijn de door Kees Dik in het maandblad van de NVM gepubliceerde artikelen op een wat andere manier geordend verzameld en aangevuld met onder meer een literatuurlijst, een verklarende woordenlijst en tekeningen op modelschaal 1:77.
  • Historische Scheepsmodellen, uit het Duits vertaald, auteur: W. zu Mondfeld, ISBN 90 201 1181 7, eerste druk, 1980, uitgever: Kluwer technische Boeken BV, Deventer. Dit boek bevat, naast veel kennis en informatie over 17e- en 18e-eeuwse schepen, handige moelbouwtips een grote hoeveelheid tekeningen die allerlei details verduidelijken.
  • Masten, Blokken en Tuigage van oude zeilschepen, uit het Italiaans vertaald, auteur: Orazio Curti, ISBN 90 228 1829 2, eerste druk, 1980, uitgever: De Boer Maririem/Unieboek, Weesp. Dit boek bevat zeer specifieke informatie over scheepstuigage, die onder meer voor de bouw van een model van De Zeven Provinciën van belang is. Het is geïllustreerd met bijzonder mooie en uitermate duidelijke tekeningen.
  • Scheepsmodellen zelf maken, uit het Deens vertaald, auteur: H.M. Kisling, eerste druk, 1979, uitgever: A.J.G. Strengholt’s Boeken, Naarden. Dit boek voorziet in allerlei modelbouw details betreffende materialen, technieken, gereedschappen, het buigen van hout, vormgeving en tuigage.

Een uitgebreide literatuurlijst is in het boek van Kees Dik te vinden.

6.   Andere informatiebronnen

  • De fotoreeks van de bouw van een model van De Zeven Provinciën door Henk Versluis.
  • De fantastisch mooie tekeningen van De Zeven Provinciën, met veel liefde voor het onderwerp en oog voor detail gemaakt door Otte Blom.
  • Handige bouwtechnische tips voor romp, zeilen en roosterluiken van Constant Willems.

7.   Verwijzingen

Verwijzingen naar literatuur en andere informatiebronnen worden, cursief en tussen [ ], als volgt aangegeven:

DM
BZP
TZP
HS
MBT
SZM
HV
OB
CW
MBF
–  het tijdschrift ‘De Modelbouwer’
–  het boek ‘De Zeven Provinciën’ van Kees Dik
–  de tekeningen die bij het boek ‘De Zeven Provinciën’ zijn gevoegd
–  het boek ‘Historische Scheepsmodellen’
–  het boek ‘Masten, Blokken en Tuigage van oude zeilschepen’
–  het boek ‘Scheepsmodellen zelf maken’
–  de fotogalerij van Henk Versluis
–  de tekeningen van Otte Blom
–  de bouwtechnische tips van Constant Willems
–  een discussie thread over ‘De Zeven Provinciën’ op het modelbouwforum

8.   Maattabel

De voetmaat zoals deze door Kees Dik wordt genoemd [DM februari 1983, blz. 63] wordt vanzelfsprekend overgenomen. Hieronder een tabel, waarin voeten en duimen voor de schalen 1:1 en 1:77 in millimeters zijn omgerekend.
maattabel voet/duim «o» mm op schaal
Kees Dik geeft gemotiveerd aan [DM januari 1983, blz. 17] voor de Rotterdamse voet van 282,3 mm te hebben gekozen, die in 11 duimen is opgedeeld. De Rotterdamse voet verschilt een halve millimeter van de door Otte Blom in zijn tekeningen aangehouden Amsterdamse voet van 282,8 mm. Bij schaal 1:77 is dit verschil verwaarloosbaar, dat voor de afmetingen die de heer Blom in Amsterdamse voeten en duimen aangeeft, deze zelfde tabel wordt gebruikt.

9.   Houtsoorten

Aan de hand van gegevens van Kees Dik [DM februari 1983, blz. 64] zijn bij aanvang de uitgangspunten als volgt:
toepassing houtsoorten

10   Apparatuur, gereedschap en hulpmiddelen

  • Boren, slijpen, frezen en dergelijke: fijnboorslijper Micromot 50/E van het merk Proxxon samen met een bijpassende boorstandaard en een machineklem van dit merk (beeld onder – rechts).
  • Micro-freesjes, micro-boortjes, micro-slijpschijfjes en dergelijke.
  • Figuurzagen: figuurzaagmachine Micromot DS 230/E van het merk Proxxon (beeld onder – links), met daarop aangesloten een aszuiger van het merk Parkside voor het afzuigen van zaagsel, verkrijgbaar bij Lidl.
  • Schuren, met name het reduceren van de dikte van spanten : schotel- en bandschuurmachine TC-US 400 van het merk Einhell (beeld onder – midden).
  • apparatuur Lijmklemmen: kunststof klemmen van het merk Wolfcraft en zogeheten ‘C-klemmen’, verkrijgbaar bij Hornbach.
  • Aftekenen gebogen lijnen: sjablonen van het merk Rotring en een flexibele (buigbare) liniaal.
  • Houtsnijden: mesjes, gutsjes en een stalen liniaal.
  • Spijkeren: spijkerdrukker, merk: Amati
  • Lijmen: Naaldflesje om nauwkeurig te kunnen doseren, leverancier: Modelbouw De Kombuis in Den Helder. Voor het lijmen is een gewone houtlijm van het (Oostenrijkse) merk Murexin gebruikt.
  • Fixeren spanten tijdens bevestiging: buret-statieven met klemmen, gezien op foto 10 in de fotogalerij van Henk Versluis.
  • Kopieerapparaat: te gebruiken voor het kopiëren van onderdelen van de bouwtekeningen, waarbij het vanzelfsprekend van belang is dat de kopieën maatvast 1:1 met de oorspronkelijke tekening overeenkomen.

11.   Bouwraam

bouwraam Dit is samengesteld volgens de aanwijzingen van Kees Dik [DM februari 1983, blz. 64] . De 0-voetlijn is aan de hand van een schets van Kees Dik [DM februari 1983, blz. 64, afb. 26] geplaatst op 45 mm vanaf de verticale lat van het bouwraam . De bovenkant van de hekkebord aan de achterzijde van het schip valt dan ruim genoeg binnen het bouwraam . De tapse lat, waarop de kielbalk rust, loopt conform de opgave van Kees Dik van 1 mm op de 0-voetlijn tot 5,5 mm op de 163-voetlijn. Daarmee is er dus afgeweken van de bij het boek [BZP] meegeleverde bouwtekening van de langsdoorsnede van de romp, waar op de 163-voetlijn een afstand van 6 mm wordt gemeten.
Er is rekening gehouden met meetdraden op de waterlijnen 5 en 11. Voor de meetlijnen is gebruik gemaakt van dunne gevlochten staaldraad die gebruikt wordt voor het ophangen van schilderijen.

12.   Afkortingen, terminologie

vt: voet
ordinaat : denkbeeldige lijn, die haaks op de waterlijnen staat, posities van bijvoorbeeld spanten kunnen worden aangegeven als staande op de 40 vt ordinaat , wat betekent dat deze ordinaat 40 vt verwijderd is van de 0 vt ordinaat , die raakt aan het hoogste punt van de achterkant van de achtersteven.

13.   Modelbouwhout

Voor de oorspronkelijke afmetingen van het hout is uitgegaan van de maten die Otte Blom vermeldt in zijn tekening ‘Constructie van het hoofdspant en de afmetingen van de hoofdverbanddelen’.
Leverancier voor het modelbouwhout was aanvankelijk de Duitse firma Scale Modellbau . Het assortiment van modelbouw leveranciers kan aan verandering onderhevig zijn. Zoeken op het internet biedt dan soulaas. Zo ben ik naderhand gestuit op de eveneens Duitse firma Steingraeber , die een ruim assortiment modelbouwhout biedt.
De uitgangspunten voor de houtsoorten zijn in paragraaf 8 vermeld.
Dit leidt tot de volgende opstelling:
gebruik Scale modelbouwhout

14.   Beits

Met beits wordt het scheepsmodel van kleur voorzien. Bij de modelbouwshop G.K. Modellbau is beits op waterbasis in 50 ml potjes aangeschaft in de kleuren ‘kastanje’, ‘ebbenhout’ en ‘barnsteen’. Door de kleur ‘kastanje’ te breken met de kleur ‘ebbenhout’ ontstaat een kleur die geschikt is voor het beitsen van het beukenhout van de onderste berghouten . Boor het breken van de kleur ‘barnsteen’ met de kleur ‘kastanje’ kan het perenhout van de romp een licht-eiken kleur worden gegeven.