1.   Samenvatting

In het voorafgaande is het punt bereikt, waarbij de spanten van aanvulling ter hoogte van de overloop zijn geplaatst. Foto’s in het blad ‘De Modelbouwer’ laten zien, dat Kees Dik vanaf dit punt de verdere opbouw van het schip op verschillende manieren heeft uitgevoerd.
De volgorde waarbij de poorten en berghouten ter hoogte van het verdek worden geplaatst krijgt de voorkeur. De reden hiervoor is, dat de kromming van de berghouten ter hoogte van het verdek in de langsrichting een goede basis vormt voor het verdere inpassen van de spanten van aanvulling .
Het gevolg is, dat eerst de bovenspiegel geplaatst moet worden, omdat de berghouten van het verdek op de zijkanten van de bovenspiegel komen te liggen.

2.   Raamwerk bovenspiegel construeren

2.1   Opmerkingen

Bij het construeren van het geraamte van het bovenste deel van de spiegel is het goed om kennis te nemen van hetgeen in hoofdstuk Ⅲ, paragraaf 3.1 is beschreven over de onderzijde van de spiegel en van tekeningen die in die paragraaf zijn opgenomen.
Wat bij de bouw van het model door Kees Dik opvalt, is dat het geraamte van de bovenspiegel in een vroeg stadium in het model is opgenomen [DM mei 1983, blz. 122, afb. 80] . Waarschijnlijk is deze aanpak gebaseerd op de werkwijze die in de 17e eeuw werd gehanteerd. Dat is ook te zien is op een gravure uit die tijd [DM juni 1983, blz. 314, afb. 70] . Bij de bouw van het model dat hier wordt beschreven is daarvan afgezien op grond van de overweging dat de kwetsbaarheid van het raamwerk van de bovenspiegel dan te groot zou zijn.

2.2   Uitgangspunten

  • De hoogtelijnen 11 tot 17, de bovenste lijnen in het beeld rechts, laten zien dat de bovenspiegel in het horizontale vlak enigszins bol is. Ook de bovenaanzichten van de dekken tonen een kromming aan de zijde van de spiegel .
  • De oppervlakte van de dekken is dwarsscheeps ook enigszins bol [DM september 1983, blz. 464] . Hierdoor wordt binnentredend water naar de spuigaten afgevoerd. Dus moeten de dekbalken, die in raamwerk van de bovenspiegel zijn opgenomen, ook gekromd zijn. Het resultaat is dat de dekbalken zowel in het horizontale als verticale vlak gekromd zijn.
  • Weliswaar helt de spiegel naar achteren over, maar op een schaal van 1:77 is het lengteverschil in vergelijking met de lengte in het verticale vlak verwaarloosbaar. Dus er is uitgegaan van de lengte in het verticale vlak, zoals in het beeld rechts wordt getoond.
  • De buitenzijden van de spiegel zijn in de lengterichting van het schip recht, maar lopen wel taps toe, op schaalniveau van 5 millimeter onderaan – ter hoogte van de slingerlijst – tot 3 millimeter bovenaan. De onderkanten van de buitenzijden rusten op de slingerlijst
  • In de breedterichting van de spiegel zijn de buitenzijden van de spiegel gekromd, zoals getoond wordt in het achteraanzicht van de spiegel (beeld rechts).

2.3   Constructie van het raamwerk van de bovenspiegel

geraamte b ovenspiegel Begonnen is met het samenvoegen van de zijden van het raamwerk met de dekbalk van het halfdek met behulp van deuvels. Zoals bij vorige gelegenheden zijn de deuvels gemaakt van een versmalde cocktailprikker.
Omdat deze aanpak niet tot een optimaal resultaat leidde, zijn de beide andere dekbalken geplaatst door ze in te laten op de zijkanten van het raamwerk. Het beeld links toont dit.
De dekbalk aan de bovenkant, die het dek van de kleine hut ondersteunt, is eerst geplaatst.
Daarna is de middelste dekbalk, die het kampanjedek ondersteunt, geplaatst.
Vervolgens was het de vraag hoe om te gaan met de elkaar kruisende balken tussen de dekbalken van het halfdek en het dek van de kleine hut. geraamte bovenspiegel geplaatst
De tekening van het raamwerk van de spiegel suggereert dat deze balken tegen, of anders gezegd: achter de dekbalk van het kampanjedek liggen.
Dit zou tot gevolg hebben dat de beplanking van de bovenspiegel uitstulpt. Dat was de reden om deze twee balken op elkaar in te laten en het geheel enigszins op de dekbalk van het kampanjedek in te laten. Het kan zijn dat later blijkt dat dit moet worden gecorrigeerd.
Het raamwerk van de bovenspiegel is met behulp van deuvels op de slingerlijst geplaatst.
Het verschil in afstand van de achterzijde van de slingerlijst en van de dekbalk van de kleine hut ten opzichte van de 0- ordinaat zijn in de tekening van de dwarsdoorsnede in de langsrichting opgemeten. Dit verschil bleek 6 millimeter te zijn. Het raamwerk van de bovenspiegel is zo geplaatst, dat het midden van de dekbalk van de kleine hut 6 millimeter dichter bij de zijkant van het bouwraam ligt dan het midden van de slingerlijst , waarmee de juiste helling van de bovenspiegel is gerealiseerd. Vervolgens is de bovenspiegel gecompleteerd met de achterste dakstijlen van de zijgalerijen . Deze rusten aan de onderkant op de uiterste punten van de slingerlijst . Aan de bovenkant liggen deze stijlen tegen de zijkanten van het raamwerk van de bovenspiegel (beeld boven).

2.   Poortdrempels en bovendorpels bij verdek aanbrengen

pasmal en parallelmal geschutpoorten verdek Zoals aangegeven aan het einde van paragraaf 2.2 van hoofdstuk Ⅵ zijn de geschutpoorten ter hoogte van het verdek kleiner dan de geschutpoorten ter hoogte van de overloop .
Daarom is ook voor deze poorten een pasmal gemaakt, waarbij rekening is gehouden met sponningen van 0,5 millimeter (beeld links). afstand onderzijde poortdrempel verdek tot waterlijn 5
Bij alle geschutpoorten van het verdek is eerst de drempel geplaatst. Dit is gedaan door in de tekening van Kees Dik de hoogte van de bovenzijde van de drempel ten opzichte van waterlijn 5 op te meten, daar vervolgens 3 millimeter drempelhoogte van af te trekken en de daaruit resulterende hoogte op de spanten naast de poort af te tekenen met behulp van het aftekeninstrument dat beschreven is in paragraaf 2.1 van hoofdstuk Ⅵ . De witte pijl in het beeld rechts geeft de resulterende hoogte ten opzichte van waterlijn 5 weer.
Een volgend hulpmiddel was nodig om te controleren of bovenzijde van de poortdrempel evenwijdig aan de waterlijn loopt. Daartoe is rechthoekig stukje plaatmaterial diagonaal doorgezaagd, wat een parallelmal oplevert (beeld links boven). Door de twee delen langs elkaar te verschuiven kan de evenwijdigheid aan de waterlijn worden beoordeeld en, indien nodig, gecorrigeerd worden.
Met behulp van de pasmal is de dagmaat van de geschutpoorten ingezaagd voor het inlaten van de bovendorpels. Bij enkele geschutpoorten was het nodig om een spant met een houtstrookje van een halve millimeter op te dikken om de juiste breedte te realiseren. Hieronder een beeld van het eindresultaat: geschutpoorten verdek (dagmaat)

3.   Berghouten ter hoogte van verdek plaatsen

3.1   Aanpak

De methode zoals beschreven in paragraaf 3.2 van hoofdstuk Ⅳ is ook bij het plaatsen van de berghouten ter hoogte van het verdek gevolgd. Eerst worden twee tegen elkaar liggende perenhouten huidgangen van 7,5×1,5 mm geplaatst. De totale hoogte van 15 mm is dan gelijk aan de afstand tussen de uiterste zijden (onder en boven) van het berghoutenpaar. Dat komt overeen met de bij het boek van Kees Dik gevoegde tekening met het aanzicht op de buitenzijde van de romp van het schip (tekening ‘blad 5’). De berghouten worden gevormd door beukenhouten strips van 1,5×5 mm, die op de perenhouten onderlaag worden gelijmd.

3.2   Positiebepaling berghouten verdek

berghoutpaar verdek, boegzijde Het berghoutpaar ter hoogte van het verdek volgt, evenals het berghoutpaar ter hoogte van de overloop , de zeeg van het schip. Beide berghoutparen lopen dus parallel. De hiervoor genoemde tekening ‘blad 5’ laat zien dat de afstand tussen beide berghoutparen 17 mm is. Met behulp van een 17 mm lang houtblokje, rustend op de bovenste zijde van het berghoutpaar ter hoogte van de overloop , is de positie van onderzijde van het berghoutpaar ter hoogte van het verdek afgetekend. Vervolgens is het de vraag tot hoever de berghouten ter hoogte van het verdek zich uitstrekken. De tekening ‘blad 5’ geeft daarover geen uitsluitsel. Aan de kant van de boeg vervalt het perspectief berghouten verdek, spiegelzijde op de voorzijde van het schip en aan de kant van de spiegel ontneemt de zijgalerij het zicht op het uiteinde van het berghoutpaar . In de artikelserie in het tijdschrift ‘de modelbouwer’ [DM mei 1984, blz. 279] geeft afbeelding 189 uitsluitsel over de situatie aan de zijde van de boeg: het onderste berghout loopt tot aan de voorsteven. Het bovenste berghout stuit op daklijst zijgalerij, detail bovenste berghout loopt tot aan de voorzijde van de jaagpoort in de boeg (beeld rechts boven).
In dezelfde aflevering van ‘de modelbouwer’ geeft afbeelding 174 [DM mei 1984, blz. 274] een indicatie voor de situatie aan de zijde van spiegel .
Het onderste berghout eindigt op de slingerlijst en de bovenste stuit op de achterste dakstut van de zijgalerij (beeld rechts onder). Meer detail geeft afbeelding 158 uit een eerdere aflevering van ‘de modelbouwer’ [DM maart 1984, blz. 129] (beeld links).

3.3   Uitvoering

De berghouten ter hoogte van het verdek zijn gebogen zoals beschreven in paragraaf 3.5 van hoofdstuk Ⅳ . De onderste huidgang is in drie delen verdeeld, die met schuine las op elkaar aansluiten. De delen van een huidgang zijn in eerste instantie geplaatst zonder deze met de spanten te verlijmen. Zo werd het mogelijk om de posities af te tekenen op plekken, waar de geschutpoorten voor een deel door een huidgang werd afgedekt. verlijmen huidgangen achter berghouten verdek Vervolgens zijn de delen, die een poort bedekten, weggenomen om ze daarna, beginnend bij de boeg, stuk voor stuk op de romp terug te zetten en daarmee te verlijmen.
Na controle moest het voorste deel van de onderste huidgang drie maal opnieuw verlijmd worden om deze beter te positioneren.
De bovenste huidgang is op dezelfde wijze geplaatst. Dat vroeg om veel lijmklemmen (beeld rechts).
onderlaag berghouten verdek geplaatst .
Er voor zorgen dat de diepte van sponningen van de geschutpoorten een halve millimeter is, bleek niet eenvoudig te zijn. Maar van een afstand bezien (beeld links) valt het resultaat mee.
Vervolgens is de bovenlaag van het berghoutenpaar geplaatst (beeld onder). Daartoe zijn de desbetreffende strips eerst gebogen en daarna zonder lijm geplaatst om, waar nodig, de plekken af te tekenen waar openingen voor de geschutpoorten gemaakt moeten worden. De openingen zijn tot stand gebracht door eerst de verticale zijden in te zagen en vervolgens met een beitel het hout weg te steken. Vervolgens werd de strip zonder lijm teruggeplaatst om vast te stellen of het gewenste resultaat is bereikt. Zo niet, dan is de opening door afvijlen gecorrigeerd. Daarna zijn de strips op de onderlaag gelijmd. En dan waren er bij de onderdorpels van de poorten noch weer correcties nodig, soms door deze iets af te af te vijlen, in andere gevallen door er een extra stipje op vast te lijmen. Daarbij ging het steeds om halve millimeters. Hierbij bleek het passtuk opnieuw een nuttig hulpmiddel te zijn. In een enkel geval moest ook de onderzijde van de bovendorpel gecorrigeerd worden om de juiste poorthoogte te realiseren. Het beeld hieronder toont het uiteindelijke resultaat.
bovenlaag berghouten verdek aan bak- en stuurboordzijde geplaatst .